Daan

donderdag 15 november 2012

Lief!

Het is half zes in de ochtend. Ik hoor zachtjes een deur opengaan. Meteen ben ik wakker, sinds de komst van onze kinderen, slaap ik als het ware op hun geluiden. Lastig, maar ik ben er al wel aan gewend. Ik spits mijn oren wat uitgebreider om te horen wie het is. Vier kinderen, dus vier keer kans. Het is op de zolder, dus dan vallen er al twee kinderen af. Zachtjes hoor ik schuifelende voetjes op het laminaat. Ik hoor de deur weer piepend dichtgaan en weet dan dat het Pleun is. Juul laat haar deur namelijk altijd open staan. Heel stil komt ze de trap  af geslopen. Hier en daar kraakt een trede en dan stopt ze even. Als ze beneden is, verwacht ik ze eigenlijk aan mijn kant van het bed. Heerlijk nog even een klein meisje in ons bed, dat tegen me aankruipt en samen dutten we nog even verder tot de wekker gaat.

Tot mijn grote verbazing schuifelt ze niet naar ons bed, maar ze loopt doodleuk naar Daan zijn kamer. Daan, die dan nog in diepe rust is. Iets wat eigenlijk ook niet vaak voorkomt, aangezien hij onze nachtbraker is. Voor ik besef wat ze doet, doet ze zijn deur open, knipt het grote licht aan, groet Daan een goedemorgen en deelt hem mee dat ze 'even' met zijn treinbaan komt spelen. Ik spring als een gek uit bed, doe het licht uit, zet Pleun op de gang en zeg tegen Daan dat het midden in de nacht is en hij nog even verder moet slapen. Helaas, het kwaad is al geschied. Pleun begint te blèren op een dusdanig volume dat er op zolder weer een deur opengaat. Daan begint te mopperen en roept 'ikke uit'.

Ik stuur Pleun naar haar kamer, mopperend kruip ik weer in bed. Dat ze het maar lekker uitzoeken, ik doe gewoon net of ik niks meer hoor. Nu is het papa's beurt. Maar dan hoor ik Daan roepen. Hij is inmiddels uit zijn bed gekomen en staat dus onderaan de zoldertrap om 'Peum' te roepen. 'Peum' reageert en weer gaat die deur open. Ze komt naar beneden en samen gaan ze op Daan zijn kamer spelen met de treinbaan. Ik hoor haar bemoederend tegen hem zeggen, kom maar Daan, ik zal jou helpen. Uitkijken, anders val je. Jij mag deze, dan pak ik die. En dat alles in haar peuterdialect en om kwart voor zes 's morgens.

Samen spelen ze even op Daan zijn kamer en dan besluiten ze dat ze op de kamer van Pleun verder gaan spelen. Weer hoor ik haar bezorgde toon, wanneer hij de zoldertrap op gaat. Goed uitkijken Daan, zegt onze peuter tegen haar vier jaar oudere broer. Hij neemt het klakkeloos aan van haar. Ondanks het vroege tijdstip ben ik ontroerd, zo klein en al zo zorgzaam. Ze voelt haarfijn aan dat Daan meer zorg en hulp nodig heeft dan haar andere broer en zus. Ondanks dat het ook erg confronterend is, hij is en blijft tenslotte haar 'grote' broer, raakt het me wel heel erg. Ik ben geraakt door haar bezorgdheid, haar geduld en de liefde die uit haar stem klinkt. Ons bijdehandtje dat nog drie jaar moet worden. Zo klein nog en al zo'n verantwoordelijkheidsgevoel. Ik hoop dat ze dit vast blijft houden, dat ze Daan blijft zien als een prachtige mannetje dat, ondanks zijn achterstand, haar ook nog zoveel kan leren.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten